Een pass is het overdragen van de bal van de ene speler naar de andere binnen hetzelfde team
Bij een pass speel je de bal dus naar jouw teamgenoot en niet de tegenstander. Anders noemen we het eerder balverlies of een ziekenhuisbal. Het doel van een pass is meestal om de bal in een betere positie te krijgen voor een aanval of om de balbezit te behouden. In ieder geval om richting het doel van de tegenstander te gaan werken. Er zijn verschillende soorten passes, zoals de korte pass, de lange bal, de steekpass en de crosspass, elk type pass heeft hun eigen doel en techniek.
Goed pasen is niet alleen een kwestie van de bal van punt A naar punt B krijgen; het vereist ook inzicht, timing en een goed begrip van de spelstrategie. De beste passers weten waar hun teamgenoten zijn en waar ze naartoe gaan, en kunnen de bal daar precies plaatsen waar hij moet zijn. Ze kunnen ook de verdediging van de tegenstander lezen en de bal zo plaatsen dat ze hun teamgenoten in een goede positie brengen om te scoren of een aanval op te bouwen en zo assists op hun naam te krijgen.
Waarom is pasen belangrijk?
Het is onmogelijk om zonder pasen een voetbalwedstrijd te winnen. Tegenstanders zullen alleen, dan wel niet met steeds meer teamgenoten op de speler af gaan die de bal vasthoudt. Door te pasen drijf je de formatie van je tegenstander uit elkaar en zorg je dat er ruimte voor jezelf en medespelers wordt gecreëerd. Vervolgens bouw je met elkaar door goed gericht te pasen stapgewijs een aanval op richting het doel van je tegenstander.
Het passingpercentage met het succes van de passes
Het passingpercentage in het voetbal is een statistiek die het succes van een speler of een team in het uitvoeren van passes meet. Het wordt berekend door het aantal succesvolle passes te delen door het totale aantal uitgevoerde passes, en dit getal vervolgens te vermenigvuldigen met 100 om een percentage te krijgen. Bijvoorbeeld, als een speler 80 succesvolle passes maakt uit 100 pogingen, dan is zijn of haar passingpercentage 80%.
Dit cijfer kan veel inzicht geven in de speelstijl en effectiviteit van een speler of een team. Een hoog passingpercentage kan duiden op goede balbeheersing en een focus op het behouden van balbezit. Het kan ook een indicator zijn van de kwaliteit van de teamdynamiek, waarbij spelers goed op elkaar zijn ingespeeld. Echter, een hoog passingpercentage is niet altijd per se positief; het kan ook betekenen dat een team of speler vooral veilige, ongevaarlijke passes maakt en weinig risico neemt om het spel te openen.